In de geest van Kerstmis besloot Dasha, een bloedmooie schoonheid met wulpse rondingen en onweerstaanbare charme, haar rijkdom te delen door de minder bedeelden uit te nodigen voor een rijkelijk feest. Naarmate de avond vorderde, werd de sfeer warmer, en al snel merkten deze mannen dat ze verdwaald waren in de stuiptrekkingen van passie. Dasha, het toonbeeld van Europese allure, was meer dan bereid om zich over te geven aan hun verlangens. Eén voor één trakteerde ze elke man op haar deskundige mondelinge vaardigheden, ze diep in de diepten van genot nemend. Uiteindelijk beantwoordden de mannen haar, ze overgoten met hun warme, plakkerige beloning. Dasha accepteerde met haar onverzadigbare verlangen naar gretig, gretig hun gloeiende kerstgenot, elke druppel van haar gelaat met een wonderbaar van voldoening. Dit liet haar gezicht met genoegen over, hun wonderbaarlijke genoegen delen.
